Toyota Auris Hybrid (2017 year). Manual in Dutch — part 11

210

4-1. Voordat u gaat rijden

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

WAARSCHUWING

Volg alle aanwijzingen in dit hoofdstuk op. Anders kunnen zich ongevallen
voordoen die tot ernstig letsel kunnen leiden.

Voorzorgsmaatregelen bij het rijden met een aanhangwagen

Controleer bij het rijden met een aanhangwagen of de maximaal toege-
stane gewichten niet worden overschreden.
(

Blz. 203)

Rijsnelheid bij het rijden met een aanhangwagen

Overschrijd de maximum snelheid voor het rijden met een aanhangwagen
niet.

Voor het afrijden van een lange helling

Verminder de snelheid en rem af op de motor.

Werking van het rempedaal

Trap het rempedaal niet veelvuldig of gedurende een langere periode ach-
tereen in.
Anders kan het remsysteem oververhit raken of kan de remwerking teruglo-
pen.

Voorkomen van een ongeval of letsel

Auto's met cruise control: Gebruik de cruise control niet als achter de auto
een aanhangwagen is gekoppeld.

Auto's met compact reservewiel: Rijd niet met een aanhangwagen wan-
neer het compacte reservewiel onder uw auto is gemonteerd.

Auto's met bandenreparatieset: Rijd niet met een aanhangwagen wanneer
een band is gemonteerd die is gerepareerd met de bandenreparatieset.

OPMERKING

Sluit de aanhangwagenverlichting op de juiste wijze aan

Onjuiste aansluiting van de aanhangwagenverlichting kan schade toebren-
gen aan het elektrische systeem van uw auto en storingen veroorzaken.

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 210 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

211

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

4

Rij
den

4-2. Rijprocedures

Controleer of de parkeerrem is geactiveerd.
Controleer of de selectiehendel in stand P staat.
Trap het rempedaal stevig in.

en een melding worden op het multi-informatiedisplay weergegeven.

Als dit niet wordt weergegeven, kan het hybridesysteem niet worden
gestart.

Druk kort en krachtig op de
startknop.

Eén keer kort en stevig indrukken
van de startknop is voldoende om
deze te bedienen. U hoeft de start-
knop niet ingedrukt te houden.
Als het controlelampje READY
gaat branden, werkt het hybride-
systeem normaal.
Houd het rempedaal ingetrapt tot
het controlelampje READY brandt.
Het hybridesysteem kan vanuit
iedere stand van het contact wor-
den gestart.

Controleer of het controlelampje READY brandt.

Wanneer het controlelampje READY uit is, kunt u niet wegrijden.

Startknop

Als u de volgende handelingen uitvoert terwijl u een elektroni-
sche sleutel bij u hebt, wordt het hybridesysteem gestart of de
stand van het contact veranderd.

Starten van het hybridesysteem

1

2

3

4

5

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 211 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

212

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

Breng de auto volledig tot stilstand.
Activeer de parkeerrem. (

Blz. 228)

Druk op de schakelaar stand P.
(

Blz. 221)

Controleer of de positie-indicator
op het instrumentenpaneel P aan-
geeft. (

Blz. 98)

Druk op de startknop.
Laat het rempedaal los en controleer of de melding “Power ON.”
(contact AAN) op het multi-informatiedisplay uit is.

Uitschakelen van het hybridesysteem

1

2

3

4

5

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 212 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

213

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

4

Rij
den

De standen kunnen worden gewijzigd door op de startknop te drukken
als het rempedaal niet wordt ingetrapt. (De stand verandert iedere
keer dat op de knop wordt gedrukt.)
UIT

De alarmknipperlichten kunnen
worden gebruikt.

Stand ACC

Sommige elektrische componen-
ten zoals het audiosysteem kun-
nen worden gebruikt.
“Power ON.” (contact AAN) wordt
op

het

multi-informatiedisplay

weergegeven.

AAN

Alle elektrische componenten kun-
nen worden gebruikt.
“Power ON.” (contact AAN) wordt
op

het

multi-informatiedisplay

weergegeven.

Wijzigen van de standen van het contact

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 213 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

214

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

Auto power off-functie

Als het contact langer dan 20 minuten in stand ACC of langer dan een uur
AAN staat (hybridesysteem niet in werking) terwijl stand P is geselecteerd,
wordt het contact automatisch UIT gezet. Deze functie kan echter niet geheel
uitsluiten dat de 12V-accu ontladen raakt. Laat de auto niet gedurende lan-
gere tijd in stand ACC of AAN staan terwijl het hybridesysteem niet in werking
is.

Geluiden en trillingen die kenmerkend zijn voor een hybrideauto

Blz. 74

Leegraken batterij elektronische sleutel

Blz. 122

Als de buitentemperatuur laag is, bijvoorbeeld bij rijden in de winter

Als het hybridesysteem gestart wordt, knippert het controlelampje READY
mogelijk lang. Bedien de auto niet totdat het controlelampje READY continu
brandt. Continu branden betekent dat de auto in beweging kan komen.

Omstandigheden die de werking kunnen beïnvloeden

Blz. 137, 157

Aanwijzingen voor de instapfunctie

Blz. 138

Als het hybridesysteem niet kan worden ingeschakeld

De startblokkering is mogelijk niet uitgeschakeld. (

Blz. 82)

Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Als op het multi-informatiedisplay “Check entry & start system.” (Con-
troleer Smart entry-systeem met startknop.) wordt weergegeven

Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat uw auto direct con-
troleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Als het controlelampje READY niet gaat branden

Neem, als het controlelampje READY niet gaat branden nadat de juiste pro-
cedure voor het starten van de auto is gevolgd, direct contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Als de batterij van de elektronische sleutel ontladen is

Blz. 459

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 214 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

215

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

4

Rij
den

Bedienen van de startknop

Als de knop niet kort en krachtig wordt ingedrukt, wijzigt de stand van het
contact mogelijk niet of wordt het hybridesysteem niet gestart.

Als u probeert het hybridesysteem opnieuw te starten direct nadat het con-
tact UIT is gezet, dan start het hybridesysteem in sommige gevallen moge-
lijk niet. Wacht nadat u het contact UIT hebt gezet een paar seconden
voordat u het hybridesysteem opnieuw start.

Functie automatisch selecteren van stand P

Als een andere schakelstand dan stand P is geselecteerd, wordt stand P
automatisch ingeschakeld als u op de startknop drukt wanneer de auto vol-
ledig tot stilstand is gekomen, waarna het contact UIT gaat.

Wanneer u het contact uit zet terwijl de selectiehendel niet in stand P staat:
Trap het rempedaal goed in en controleer of de schakelstand* gewijzigd is
naar stand P voordat u het rempedaal langzaam loslaat.

*: Zelfs nadat het display van het dashboard uitgezet is, wordt de positie-indi-

cator gedurende enkele seconden weergegeven.

Als het regelsysteem voor stand P defect is

Het contact kan niet worden uitgezet. In dergelijke gevallen kan de knop uit-
gezet worden door de parkeerrem te activeren.
Laat de auto direct controleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige wanneer een storing in het systeem optreedt.

Als het Smart entry-systeem met startknop of de startknopfunctie is uit-
geschakeld via persoonlijke voorkeursinstellingen

Blz. 536

WAARSCHUWING

Starten van het hybridesysteem

Ga altijd op de bestuurdersstoel zitten alvorens het hybridesysteem te star-
ten. Trap onder geen enkele voorwaarde het gaspedaal in bij het starten
van het hybridesysteem.
Als u dat wel doet, kan dat leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan
ontstaan.

Uitschakelen van het hybridesysteem in noodgevallen

Als u in een noodgeval het hybridesysteem tijdens het rijden wilt stoppen,
houdt u de startknop langer dan 2 seconden ingedrukt of drukt u deze min-
stens 3 keer kort achter elkaar in. (

Blz. 483)

Raak de startknop echter tijdens het rijden niet aan, behalve in geval van
nood. Door het uitschakelen van het hybridesysteem tijdens het rijden ver-
liest u niet de controle over het stuurwiel of de remmen. De stuurbekrachti-
ging werkt echter niet meer. Hierdoor zal het sturen veel zwaarder gaan dan
normaal. Zet in dat geval de auto aan de kant zodra dit veilig kan.

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 215 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

216

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

OPMERKING

Voorkomen van ontlading van de 12V-accu

Laat het contact niet gedurende langere tijd in de stand ACC of AAN staan
wanneer het hybridesysteem niet in werking is.

Als het hybridesysteem uitgeschakeld is maar het controlelampje in de
startknop nog brandt, geeft dit aan dat het contact nog AAN is. Controleer
voordat u uitstapt altijd of het contact UIT is.

Starten van het hybridesysteem

Trap het gaspedaal niet onnodig in.

Indien het hybridesysteem moeilijk start, laat uw auto dan onmiddellijk
controleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Symptomen die kunnen duiden op een defect in de startknop

Als de startknop anders lijkt te werken dan normaal, bijvoorbeeld als de
knop iets blijft hangen, kan de startknop defect zijn. Neem direct contact op
met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 216 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

217

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

4

Rij
den

Schakelt EV-modus in/uit

Als de EV-modus wordt ingescha-
keld, gaat het controlelampje EV
MODE branden. Door in de EV-
modus de schakelaar in te druk-
ken, wordt teruggekeerd naar nor-
maal rijden (aandrijving door de
benzinemotor en de elektromotor
[tractiemotor]).

Omstandigheden waarin de EV-modus niet kan worden ingeschakeld

In de volgende gevallen kan de EV-modus mogelijk niet worden ingescha-
keld. Als de stand niet ingeschakeld kan worden, klinkt er een zoemer en ver-
schijnt er een melding op het multi-informatiedisplay.

De temperatuur van het hybridesysteem is te hoog.
De auto heeft lang in de zon gestaan of na het oprijden van een helling, het
rijden met hoge snelheid, enz.

De temperatuur van het hybridesysteem is te laag.
De auto heeft bijvoorbeeld lang in een omgeving met een temperatuur lager
dan ongeveer 0

°

C gestaan.

De benzinemotor is aan het opwarmen.

Het batterijpakket (tractiebatterij) is bijna leeg.
De resterende capaciteit van het batterijpakket die op de energiemonitor
wordt aangegeven, is laag. (

Blz. 115)

Rijsnelheid is hoog.

Het gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de auto rijdt op een helling, enz.

De voorruitverwarming is ingeschakeld.

EV-modus

In de EV-modus wordt er elektrisch vermogen geleverd door het
batterijpakket (tractiebatterij) en wordt alleen de elektromotor
(tractiemotor) gebruikt voor de aandrijving van de auto.
Deze modus is geschikt voor het 's nachts of in de vroege mor-
gen door woonwijken rijden of het rijden in een parkeergarage,
enz. zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over geluidsover-
last of uitlaatgassen.

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 217 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

218

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

De EV-modus inschakelen wanneer de benzinemotor koud is

Als de benzinemotor nog koud is en het hybridesysteem wordt gestart, wordt
automatisch de benzinemotor gestart, zodat deze op temperatuur kan
komen. In dat geval kan de EV-modus niet worden ingeschakeld.
Druk zodra het hybridesysteem is gestart en het controlelampje READY
brandt en voordat de benzinemotor start op de schakelaar EV MODE om de
EV-modus in te schakelen.

Automatische uitschakeling van de EV-modus

Tijdens het rijden in de EV-modus, kan in de volgende gevallen automatisch
de benzinemotor worden gestart. Als de EV-modus wordt uitgeschakeld,
klinkt er een zoemer, knippert het controlelampje EV MODE en gaat het ver-
volgens uit en wordt er een melding weergegeven op het multi-informatiedis-
play.

Het batterijpakket (tractiebatterij) raakt leeg.

Rijsnelheid is hoog.

Het gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de auto rijdt op een helling, enz.

Maximale rijafstand in EV-modus

De maximale rijafstand in de EV-modus varieert van een paar honderd meter
tot ongeveer 2 km. Er zijn afhankelijk van de omstandigheden van de auto
echter situaties waarbij de EV-modus niet kan worden gebruikt.
(De maximale rijafstand is afhankelijk van de laadtoestand van het batte-
rijpakket [tractiebatterij] en de rijomstandigheden.)

Wijzigen van de rijmodus vanuit de EV-modus

De EV-modus kan worden gebruikt in combinatie met de ECO-modus en de
POWER-modus.
De EV-modus kan echter automatisch uitgeschakeld worden wanneer deze
gebruikt wordt in combinatie met de POWER-modus.

Brandstofverbruik

Het hybridesysteem is ontworpen voor een zo laag mogelijk brandstofver-
bruik onder normale rijomstandigheden (aandrijving door benzinemotor en
elektromotor [tractiemotor]). Als de EV-modus vaker wordt gebruikt dan nodig
is, zal het brandstofverbruik hoger zijn.

WAARSCHUWING

Wees voorzichtig tijdens het rijden

Controleer tijdens het rijden in de EV-modus zorgvuldig de omgeving van
de auto. Omdat er geen motorgeluiden zijn, merken voetgangers, fietsers of
andere verkeersdeelnemers en voertuigen in de omgeving mogelijk niet dat
de auto wegrijdt of hen nadert. Wees dus tijdens het rijden extra alert.

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 218 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

219

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

4

Rij
den

Bedien de selectiehendel soepel en op de juiste manier.
Laat de selectiehendel na het schakelen steeds los, zodat hij kan
terugkeren naar positie

.

Beweeg de selectiehendel bij het schakelen naar stand D of R
door de schakelcoulisse.

Beweeg de selectiehendel naar links en houd de hendel in
deze positie om stand N in te schakelen. De schakelstand wij-
zigt naar N.
Beweeg de selectiehendel naar achteren door de schakelcou-
lisse om stand B in te schakelen. Schakelen naar stand B is
alleen mogelijk wanneer schakelstand D geselecteerd is.

Zorg bij het schakelen van P naar N, D of R, van D naar R of van R
naar D dat het rempedaal ingetrapt is en dat de auto stilstaat.

Hybridetransmissie

Bedienen van de selectiehendel

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 219 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

220

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

De positie van het frame op de positie-indicator wijzigt op basis van
de actuele schakelstand.
Controleer bij het selecteren van een schakelstand de positie-indica-
tor op het dashboard om na te gaan of de gewenste stand ingescha-
keld is.
Wanneer een andere schakelstand dan D of B geselecteerd wordt,
verdwijnt de pijl die naar B wijst uit de positie-indicator.

*

: Zet de selectiehendel onder normale rijomstandigheden in stand D voor

een zo laag mogelijk brandstofverbruik en een zo laag mogelijke geluids-
productie.

Doel van de schakelstanden

Schakelstand

Functie

P

Parkeren van de auto of starten van het hybride-

systeem

R

Achteruit

N

Neutraalstand

D

Normaal rijden

*

B

Motorremwerking op een gemiddeld niveau bij het

afrijden van heuvels of op steile hellingen

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 220 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

221

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

4

Rij
den

Als stand P wordt ingeschakeld

De schakelstand kan gewijzigd worden naar stand P met behulp
van de schakelaar voor stand P.
Breng de auto volledig tot stil-
stand en houd het rempedaal
ingetrapt. Druk vervolgens op
de schakelaar voor stand P.

Wanneer

de

schakelstand

gewijzigd is naar P, gaat de indi-
cator in de schakelaar branden.
Controleer of de indicator voor
stand P brandt op de positie-
indicator.

Wijzigen van de schakelstand vanuit stand P

Bedien de selectiehendel terwijl u het rempedaal stevig intrapt.
Als u de selectiehendel bedient zonder dat u het rempedaal
intrapt, klinkt er een zoemer en is schakelen niet mogelijk.

Controleer nadat u de schakelstand geselecteerd hebt via de
schakelstandindicator of de gewenste schakelstand is ingescha-
keld. (

Blz. 98)

De schakelstand kan niet rechtstreeks gewijzigd worden van P
naar B.

Schakelaar stand P

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 221 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

222

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

De volgende standen kunnen afhankelijk van de rijomstandigheden
geselecteerd worden.

ECO-modus

Gebruik de ECO-modus voor een laag brandstofverbruik tijdens ritten
waarbij vaak geaccelereerd en geremd wordt. De werking van de aircondi-
tioning wordt beperkt.
Druk nogmaals op de schakelaar ECO MODE om de ECO-modus uit te
schakelen.
De ECO-modus wordt niet uitgeschakeld totdat u op de schakelaar ECO
MODE drukt, ook niet als het contact UIT wordt gezet.
Druk op de schakelaar PWR MODE om naar de POWER-modus te gaan.

POWER-modus

Gebruik deze modus wanneer de auto snel en soepel moet reageren, bij-
voorbeeld bij het rijden in bergachtige gebieden of tijdens het inhalen.
Druk nogmaals op de schakelaar PWR MODE om de POWER-modus uit
te schakelen.
Door het contact UIT te zetten wordt de POWER-modus uitgeschakeld.
Druk op de schakelaar ECO MODE om naar de ECO-modus te gaan.

Selecteren van een rijmodus

1

2

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 222 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

223

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

4

Rij
den

Remwerking van de motor

Selecteer stand B om gebruik te maken van de motorremwerking.

Tijdens het rijden met hoge snelheden merkt u wellicht dat de vertraging
door de motorremwerking kleiner is dan bij conventionele auto's.

Rijd onder normale omstandigheden niet langdurig met de transmissie in
stand B.
Dit kan een ongunstige invloed op het brandstofverbruik hebben. Gebruik,
om dit te voorkomen, stand D voor normale rijomstandigheden.

Waarschuwingszoemer achteruitrijden

Wanneer de selectiehendel in stand R wordt gezet, klinkt er een zoemer om
de bestuurder te informeren dat de schakelstand R is ingeschakeld.

Wanneer het gaspedaal wordt ingetrapt terwijl de selectiehendel in
stand N staat.

Er klinkt een zoemer om de bestuurder te informeren dat schakelstand N is
ingeschakeld.

ECO-modus

Wanneer het gaspedaal in de ECO-modus wordt ingetrapt, duurt het accele-
reren mogelijk langer dan normaal. Dit is normaal.

Schakelstanden

Wanneer het contact UIT staat, kan de schakelstand niet worden gewijzigd.

Wanneer het contact AAN staat (het hybridesysteem werkt niet), kan de
schakelstand alleen worden gewijzigd in N. De schakelstand wordt gewij-
zigd in N, zelfs wanneer de selectiehendel in stand D of R wordt gezet en
gehouden.

Wanneer het controlelampje READY brandt, kan de schakelstand worden
gewijzigd van P in D, N of R.

Wanneer het controlelampje READY knippert, kan de schakelstand vanuit
stand P niet gewijzigd worden, ook al wordt de selectiehendel bediend.
Wacht totdat het controlelampje READY na het knipperen blijft branden en
bedien vervolgens de selectiehendel nogmaals.

De schakelstand kan alleen vanuit D rechtstreeks gewijzigd worden naar B.

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 223 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

224

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

Alarmmeldingen

Als wordt getracht om de schakelstand te wijzigen door de selectiehendel in
een andere stand te zetten of op de schakelaar stand P te drukken in één van
de volgende situaties, klinkt er een zoemer en is schakelen niet meer moge-
lijk of wordt de schakelstand automatisch gewijzigd naar N. Selecteer in dat
geval een geschikte schakelstand.

Situaties waarbij schakelen niet mogelijk is:
• Als wordt getracht om vanuit P een andere stand in te schakelen door de

selectiehendel te bewegen zonder dat het rempedaal wordt ingetrapt.

• Als wordt getracht om de selectiehendel vanuit stand P of N in stand B te

zetten.

Situaties waarbij de schakelstand automatisch gewijzigd wordt naar N:
• Wanneer op de schakelaar voor stand P wordt gedrukt terwijl de auto

rijdt.

*

1

• Als wordt getracht de selectiehendel in stand R te zetten terwijl de auto

vooruitrijdt.

*

2

• Als wordt getracht de selectiehendel in stand D te zetten terwijl de auto

achteruitrijdt.

*

3

• Als wordt getracht om de selectiehendel vanuit stand R in stand B te zet-

ten.

*

1

: De schakelstand verandert mogelijk in P wanneer met zeer lage snelheid

wordt gereden.

*

2

: De schakelstand verandert mogelijk in R als met lage snelheid wordt

gereden.

*

3

: De schakelstand verandert mogelijk in D als met lage snelheid wordt

gereden.

Bij het rijden met ingeschakelde cruise control (indien aanwezig)

Ook wanneer er van de rijmodus naar de POWER-modus wordt geschakeld
om op de motor af te remmen, wordt de motorremwerking niet geactiveerd
omdat de cruise control niet wordt uitgeschakeld. (

Blz. 280)

Persoonlijke voorkeursinstellingen

De instellingen (bijv. waarschuwingszoemer achteruitrijden) kunnen worden
gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen

Blz. 566)

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 224 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

225

4-2. Rijprocedures

UK AURIS_HV_HB_EE (OM12L07E)

4

Rij
den

WAARSCHUWING

Tijdens het rijden op een glad wegdek

Accelereer of wijzig de schakelstand niet plotseling.
Door plotseling afremmen op de motor kan de auto in een slip raken, wat
kan leiden tot een ongeval.

Selectiehendel

Verwijder de selectiehendelknop niet en gebruik uitsluitend de originele
Toyota selectiehendelknop. Hang ook niets aan de selectiehendel.
Hierdoor kan de selectiehendel niet in zijn oorspronkelijke positie terugke-
ren met mogelijk ongevallen tot gevolg wanneer de auto in beweging is.

Schakelaar stand P

Druk nooit op de schakelaar voor stand P terwijl de auto nog rijdt.
Als u op de schakelaar van stand P drukt terwijl u zeer langzaam rijdt (bv.
direct voordat u de auto tot stilstand brengt), kan de auto plotseling tot stil-
stand komen wanneer de schakelstand wijzigt naar P. Dit kan tot een onge-
val leiden.

AURIS_HV_OM_Europe_OM12L07E.book Page 225 Monday, October 24, 2016 4:06 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Была ли эта страница вам полезна?
Да!Нет
4 посетителя считают эту страницу полезной.
Большое спасибо!
Ваше мнение очень важно для нас.

Нет комментариевНе стесняйтесь поделиться с нами вашим ценным мнением.

Текст

Политика конфиденциальности