Toyota Auris (2018 year). Manual in Dutch — part 34

610

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Vul de band tot de voorge-
schreven

bandenspanning

bereikt is.

De bandenreparatievloeistof
wordt ingespoten, de druk
loopt op en daalt vervolgens
geleidelijk.
De bandenspanningsmeter
geeft ongeveer 1 minuut (5
minuten bij lage temperatu-
ren) nadat de schakelaar aan
is gezet de werkelijke ban-
denspanning weer.
Vul de band tot de voorge-
schreven bandenspanning.

• Als de bandenspanning nog

steeds lager is dan voorge-
schreven nadat de schakelaar
35 minuten aan staat, is de band
te veel beschadigd om nog
gerepareerd te worden. Scha-
kel de compressor uit en neem
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.

• Laat wat lucht ontsnappen wanneer de bandenspanning de voorge-

schreven waarde overschrijdt. (

Blz. 613, 657)

15

1

2

3

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 610 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

611

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Schakel de compressor uit.

Haal de uitstroomopening van het velgventiel en haal daarna de
voedingsaansluiting uit de accessoireaansluiting.

Mogelijk ontsnapt er bij het verwijderen van de slang wat bandenreparatie-
vloeistof.

Druk op de knop om de druk
van de fles te halen.

Draai de dop op de spuitmond.

Plaats het ventieldopje op het ventiel van het gerepareerde wiel.
Neem de slang los van de fles
en plaats de dop op de fles.

Plaats de fles in de originele zak en
rits deze dicht.

16

17

18

19

20

21

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 611 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

612

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Berg de fles en de compressor op in de bagageruimte.
Rijd, om de bandenreparatievloeistof gelijkmatig over de band te
verdelen, meteen ongeveer 5 km met een snelheid van maximaal
80 km/h.
Breng de auto na ongeveer 5
km tot stilstand op een veilige
plaats met een stevige, vlakke
ondergrond en sluit de com-
pressor weer aan.

Controleer de bandenspanning.

Als de bandenspanning lager
is dan 130 kPa (1,3 kg/cm

2

of

bar, 19 psi): Het gat kan niet
worden gerepareerd. Neem
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere
naar

behoren

gekwalifi-

ceerde en uitgeruste deskun-
dige.
Als de bandenspanning 130 kPa (1,3 kg/cm

2

of bar, 19 psi) of

hoger is, maar lager dan de voorgeschreven spanning: Ga door
naar

.

Als de bandenspanning juist is (

Blz. 657): Ga door naar

.

Zet de compressor aan om de band op de voorgeschreven span-
ning te brengen. Rijd ongeveer 5 km en voer dan

uit.

Berg de compressor op in de bagageruimte.
Voorkom plotseling remmen, plotseling accelereren en scherpe
bochten en rijd voorzichtig met een snelheid van minder dan 80 km/
h naar de dichtstbijzijnde erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige voor het repareren of vervangen van de band.

22

23

24

25

1

2

26

3

27

26

24

27

28

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 612 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

613

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Als de band te hard wordt opgepompt

Controleer of de bandenspanningsmeter de voorgeschreven spanning aan-
geeft.
Zet de compressor weer aan als de spanning onder de voorgeschreven
waarde ligt en vul de band tot de juiste spanning is bereikt.

Nadat een band is gerepareerd met de bandenreparatieset

Vervang de bandenspanningssensor en -zender.

Zelfs als de bandenspanning op het voorgeschreven niveau ligt, gaat moge-
lijk het waarschuwingslampje lage bandenspanning branden/knipperen.

Druk op de knop om wat lucht te laten
ontsnappen.

1

2

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 613 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

614

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Aanwijzing voor het controleren van de bandenreparatieset

Controleer regelmatig de uiterste houdbaarheidsdatum van de bandenrepa-
ratievloeistof.
De uiterste houdbaarheidsdatum staat vermeld op de fles. Gebruik de ban-
denreparatievloeistof niet wanneer de uiterste houdbaarheidsdatum is ver-
streken. Anders worden reparaties met de bandenreparatieset mogelijk niet
goed uitgevoerd.

Bandenreparatieset

De vloeistof in de bandenreparatieset kan slechts eenmalig worden gebruikt
om een enkele band tijdelijk te repareren. Als de bandenreparatievloeistof is
gebruikt en moet worden vervangen, koop dan een nieuwe fles bij een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. De compressor kan opnieuw
worden gebruikt.

De reparatievloeistof kan worden gebruikt bij een buitentemperatuur van
-30°C tot 60°C.

De reparatieset is speciaal ontworpen voor de standaard op uw auto
gemonteerde banden. Gebruik de set niet voor banden met een afwijkende
maat of voor andere doeleinden.

De bandenreparatievloeistof is beperkt houdbaar. De uiterste houdbaar-
heidsdatum staat vermeld op de fles. Vervang de fles bandenreparatievloei-
stof vóór de uiterste houdbaarheidsdatum door een nieuwe fles. Neem voor
vervanging contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Als de bandenreparatievloeistof op uw kleren komt, kan deze vlekken ver-
oorzaken.

Eventueel gemorste bandenreparatievloeistof moet direct van het wiel of de
carrosserie worden verwijderd. Veeg het oppervlak onmiddellijk af met een
vochtige doek.

Tijdens de werking van de reparatieset wordt veel lawaai geproduceerd. Dit
is normaal en duidt niet op een storing.

Niet gebruiken om de bandenspanning te controleren of op de voorgeschre-
ven waarde te brengen.

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 614 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

615

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

WAARSCHUWING

Rijd niet door als de auto een lekke band heeft

Rijd niet door met een lekke band.
Zelfs als er over een korte afstand met een lekke band wordt doorgereden,
kunnen band en velg zodanig beschadigd worden dat reparatie niet meer
mogelijk is.
Door het rijden met een lekke band kan er op de wang rondom een groef
ontstaan. In zo'n geval kan de band bij het gebruik van een reparatieset
exploderen.

Wees voorzichtig tijdens het rijden

De reparatieset is speciaal ontworpen voor uw auto.
Gebruik de set niet voor andere auto's. Als u dat wel doet, kan dat leiden
tot een ongeval met ernstig letsel tot gevolg.

Gebruik de set niet voor banden met een afwijkende maat of voor andere
doeleinden. Als de banden niet volledig zijn gerepareerd, kan dit leiden tot
een ongeval met ernstig letsel tot gevolg.

Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de bandenreparatievloeistof

Het inslikken van bandenreparatievloeistof is schadelijk voor uw gezond-
heid. Drink zo veel mogelijk water en raadpleeg direct een huisarts wan-
neer u bandenreparatievloeistof hebt ingeslikt.

Spoel direct met water wanneer bandenreparatievloeistof in uw ogen of op
uw huid is terechtgekomen. Raadpleeg een huisarts als u zich niet lekker
blijft voelen.

Bij het repareren van een lekke band

Parkeer de auto op een veilige plaats en een vlakke ondergrond.

Raak de wielen of het gedeelte rond de remmen direct nadat met de auto
is gereden niet aan.
Nadat met de auto is gereden, zijn de wielen en het gedeelte rond de rem-
men mogelijk zeer heet. Wanneer u deze delen met uw handen, voeten of
andere lichaamsdelen aanraakt, kan dit leiden tot brandwonden.

Laat ter voorkoming van beschadiging of ernstige lekkage de fles niet val-
len. Voer vóór gebruik een visuele controle van de fles uit. Gebruik uitslui-
tend onbeschadigde en niet-lekkende flessen. In dergelijke gevallen direct
vervangen.

Sluit de slang stevig aan op het ventiel terwijl het wiel aan de auto beves-
tigd is. Als de slang niet goed op het ventiel is aangesloten, kan er lucht-
lekkage optreden waarbij bandenreparatievloeistof naar buiten spuit.

Als de slang tijdens het vullen loskomt van het ventiel, is het mogelijk dat
de slang abrupte bewegingen maakt vanwege de luchtdruk.

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 615 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

616

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

WAARSCHUWING

Bij het repareren van een lekke band

Nadat de band gevuld is, kunnen er spetters bandenreparatievloeistof
naar buiten komen als de slang wordt losgemaakt of wanneer u lucht uit
de band laat ontsnappen.

Volg voor het repareren van de band de volgende procedure. Als u de pro-
cedures niet volgt, kan de bandenreparatievloeistof naar buiten spuiten.

Bewaar afstand tot de band wanneer deze gerepareerd wordt, omdat de
band kan klappen. Zet de schakelaar van de compressor direct uit als u
ziet dat de band scheurtjes vertoont of vervormt.

De reparatieset kan oververhit raken als deze langere tijd achter elkaar
wordt gebruikt. Gebruik de reparatieset niet langer dan 40 minuten achter
elkaar.

Delen van de reparatieset worden tijdens het gebruik heet. Wees voor en
na gebruik voorzichtig met de reparatieset. Raak het metalen deel rond de
verbinding tussen de fles en de compressor niet aan. Dit is namelijk zeer
heet.

Plak de waarschuwingssticker voor de rijsnelheid alleen op de aange-
geven plaats. Als de sticker wordt aangebracht op een plaats waar zich
een airbag bevindt, zoals op het stuurwielkussen, werkt de airbag mogelijk
niet goed meer.

Rijden om de bandenreparatievloeistof gelijkmatig te verdelen

Neem om de kans op ongevallen te beperken de volgende voorzorgsmaat-
regelen in acht.
Als u dat niet doet kunt u de macht over het stuur verliezen, waardoor ern-
stig letsel kan ontstaan.

Rijd langzaam en voorzichtig. Wees extra voorzichtig bij het maken van
bochten.

Breng de auto tot stilstand wanneer de auto niet rechtuit wil rijden of als u
voelt dat er aan het stuurwiel wordt getrokken en controleer het volgende.
• Toestand van de band. De band kan van de velg zijn afgelopen.
• Bandenspanning. Als de bandenspanning 130 kPa (1,3 kg/cm

2

of

bar, 19 psi) of lager is, is de band mogelijk ernstig beschadigd.

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 616 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

617

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

OPMERKING

Een noodreparatie uitvoeren

Een band mag alleen met de bandenreparatieset worden gerepareerd
indien de beschadiging is veroorzaakt door perforatie van het loopvlak
door een scherp voorwerp, zoals een spijker of een schroef.
Verwijder de spijker of de schroef niet uit de band. Door het verwijderen
van de spijker of de schroef kan het gat groter worden waardoor de band
niet meer tijdelijk gerepareerd kan worden.

De reparatieset is niet waterbestendig. Zorg dat de bandenreparatieset
niet in aanraking komt met water, bijvoorbeeld bij gebruik tijdens regen.

Zet de bandenreparatieset niet op een stoffige ondergrond, zoals in het
zand of in de berm. Als de reparatieset stof e.d. opzuigt, kunnen er storin-
gen optreden.

Houd de fles tijdens het gebruik niet ondersteboven, om schade aan de
compressor te voorkomen.

Voorzorgsmaatregelen voor de bandenreparatieset

De reparatieset heeft als voeding 12V-gelijkstroom nodig. Sluit de repara-
tieset niet aan op andere voedingsbronnen.

Als er benzinedruppels op de reparatieset terechtkomen, kan de set defect
raken. Zorg dat de set niet met benzine in aanraking kan komen.

Berg de reparatieset op, zodat de set beschermd is tegen vuil en vocht.

Berg de reparatieset op in de gereedschapshouder onder de afdekmat,
buiten bereik van kinderen.

Demonteer de reparatieset niet en breng geen wijzigingen aan. Stel
onderdelen als de bandenspanningsmeter niet bloot aan schokken. Hier-
door kunnen storingen optreden.

Voorkomen van schade aan de bandenspanningssensoren en -zenders
(auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem)

Als een band is gerepareerd met bandenreparatievloeistof, werken de ban-
denspanningssensor en -zender mogelijk niet goed. Neem wanneer ban-
denreparatievloeistof is gebruikt zo snel mogelijk contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Vervang na het gebruik van ban-
denreparatievloeistof de bandenspanningssensor en -zender wanneer de
band wordt gerepareerd of vervangen. (

Blz. 511)

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 617 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

618

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Een van de onderstaande punten kan het probleem veroorzaken:

Er is mogelijk onvoldoende brandstof aanwezig in de tank.
Vul de brandstoftank.

De motor kan verzopen zijn.
Probeer nogmaals de motor te starten en volg daarbij de juiste
startprocedures. (

Blz. 234, 238)

Er kan een storing aanwezig zijn in de startblokkering. (

Blz. 75)

Een van de onderstaande punten kan het probleem veroorzaken:

De accu kan te ver ontladen zijn. (

Blz. 623)

De accuklemmen kunnen loszitten of gecorrodeerd zijn.

Het startsysteem van de motor is mogelijk defect als gevolg van een
elektrische storing, zoals een ontladen batterij van de elektronische
sleutel of een defecte zekering. Er bestaat echter een tijdelijke maat-
regel om de motor te starten. (

Blz. 619)

Als de motor niet wil aanslaan

Als de motor niet wil aanslaan terwijl wel de juiste startprocedu-
res zijn gevolgd (

Blz. 234, 238), kan dat de volgende oorzaken

hebben:

De motor slaat niet aan terwijl de startmotor wel normaal werkt.

De startmotor draait langzaam rond, de interieurverlichting en de
koplampen gaan zwakker branden of de claxon maakt geen of
weinig geluid.

De startmotor draait niet (auto's met Smart entry-systeem en
startknop)

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 618 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

619

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Een van de onderstaande punten kan het probleem veroorzaken:

Een of beide accuklemmen zit(ten) los.

De accu kan te ver ontladen zijn. (

Blz. 623)

Er kan een storing aanwezig zijn in het stuurslotsysteem.

Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als
het probleem niet verholpen kan worden of als de reparatieprocedure niet
bekend is.

Als de motor niet start maar de startknop normaal werkt, kan de motor
aan de hand van de volgende stappen als een tijdelijke maatregel
worden gestart:

Zet de selectiehendel in stand P (Multidrive CVT) of N (handge-
schakelde transmissie).
Activeer de parkeerrem.
Zet het contact in stand ACC.
Houd de startknop ongeveer 15 seconden ingedrukt terwijl u het
rempedaal (Multidrive CVT) of het koppelingspedaal (handgescha-
kelde transmissie) stevig ingetrapt houdt.

Ook als de auto aan de hand van deze stappen kan worden gestart,
kan er een storing in het systeem zijn. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

De startmotor draait niet, de interieurverlichting en de koplam-
pen gaan niet aan of de claxon maakt geen geluid.

Noodstartfunctie (auto's met Smart entry-systeem en startknop)

1

2
3
4

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 619 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

620

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Gebruik de mechanische sleutel
(

Blz. 136) om de volgende han-

delingen uit te voeren:

Vergrendelen van alle portieren
Ontgrendelen van alle portieren

Als de elektronische sleutel niet goed

werkt (auto's met Smart entry-systeem en

startknop)

Als de communicatie tussen de elektronische sleutel en de auto
is verbroken (

Blz. 161) of de elektronische sleutel niet kan

worden gebruikt omdat de batterij leeg is, werken het Smart
entry-systeem met startknop, de startknop en de afstandsbedie-
ning niet. In dat geval kunnen de portieren worden geopend of
kan de motor worden gestart door de onderstaande procedure te
volgen.

Vergrendelen en ontgrendelen van de portieren

1

2

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 620 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

621

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Multidrive CVT: Zorg ervoor dat de selectiehendel in stand P staat
en trap het rempedaal in.
Handgeschakelde transmissie: Zet de selectiehendel in stand N en
trap het koppelingspedaal in.
Houd de zijde van de elektroni-
sche sleutel met het Toyota-
logo tegen de startknop.

Wanneer de elektronische sleutel
wordt gesignaleerd, klinkt er een
zoemer en wordt het contact AAN
gezet.
Wanneer het Smart entry-systeem
met startknop is uitgeschakeld via
de persoonlijke voorkeursinstellin-
gen, wordt het contact in stand
ACC gezet.

Auto's met een instrumentenpaneel met 3 meters: Trap het rempe-
daal (Multidrive CVT) of koppelingspedaal (handgeschakelde trans-
missie) stevig in en controleer of het controlelampje van het Smart
entry-systeem met startknop (groen) gaat branden.
Auto's met een instrumentenpaneel met 2 meters: Trap het rempe-
daal (Multidrive CVT) of koppelingspedaal (handgeschakelde trans-

missie) stevig in en controleer of

op het multi-

informatiedisplay wordt weergegeven.
Druk op de startknop.

Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige als de motor nog steeds niet gestart kan worden.

Starten van de motor

1

2

3

4

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 621 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

622

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

Uitzetten van de motor

Zet de selectiehendel in stand P (Multidrive CVT) of N (handgeschakelde
transmissie) en druk op de startknop, zoals u normaliter doet bij het afzetten
van de motor.

Vervangen van de sleutelbatterij

Omdat deze procedure een noodmaatregel is, wordt geadviseerd de batterij
van de elektronische sleutel zo snel mogelijk te laten vervangen als deze ont-
laden is. (

Blz. 534)

Alarm (indien aanwezig)

Het alarmsysteem wordt niet ingeschakeld als de mechanische sleutel wordt
gebruikt om de portieren te vergrendelen.
Het alarm kan worden geactiveerd als een portier met de mechanische sleu-
tel wordt ontgrendeld terwijl het alarmsysteem is ingeschakeld.

Wijzigen van de standen van het contact

Laat het rempedaal (Multidrive CVT) of het koppelingspedaal (handgescha-
kelde transmissie) los en druk tijdens stap

hierboven op de startknop.

De motor wordt niet gestart en de stand verandert iedere keer dat de knop
wordt ingedrukt. (

Blz. 241)

Als de elektronische sleutel niet goed werkt

Controleer of het Smart entry-systeem met startknop en startknopfunctie
niet is uitgeschakeld via de persoonlijke voorkeursinstellingen. Is de functie
uitgeschakeld, schakel hem dan in.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen

Blz. 663)

Controleer of de batterijspaarmodus is ingeschakeld. Is de functie ingescha-
keld, schakel hem dan uit. (

Blz. 160)

3

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 622 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

623

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

Als u de beschikking hebt over een set startkabels en een tweede
voertuig met een 12V-accu, kunt u uw auto starten met behulp van de
onderstaande hulpstartprocedure.

Auto's met een alarm: Contro-
leer of u de sleutel bij u hebt.

Als u de startkabels aansluit, kan
het alarm afgaan of kunnen de por-
tieren worden vergrendeld, afhan-
kelijk van de situatie. (

Blz. 101)

Open de motorkap. (

Blz. 485)

Verwijder bij auto's met 1ND-TV motor de motorafdekplaat.
Trek de voorkant van de afdek-
kap omhoog om hem uit de
bevestigingen te verwijderen en
trek vervolgens aan de kap om
hem los te maken uit de steu-
nen op de achterste stang.

Sluit de startkabels als volgt aan:

Als de accu ontladen is

U kunt de volgende procedures gebruiken om de motor te star-
ten als de accu leeg is.
U kunt ook contact opnemen met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.

1

2
3

4

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 623 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

624

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

1NR-FE motor

8NR-FTS motor

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 624 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

625

8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen

UK AURIS_HB_EE

8

Bij prob

lemen

1ZR-FAE en 1WW motor

1ND-TV motor

Sluit de positieve startkabel aan op de positieve accupool (+) van
uw auto.
Sluit de andere zijde van de positieve startkabel aan op de posi-
tieve accupool (+) van de tweede auto.
Sluit de negatieve startkabel aan op de negatieve accupool (-)
van de tweede auto.
Sluit de andere zijde van de negatieve startkabel aan op de auto
met de ontladen accu op een stevig, stilstaand, niet gelakt meta-
len punt uit de buurt van de accu en bewegende delen, zoals
aangegeven in de afbeelding.

1

2

3

4

AURIS_OM_Europe_OM12F88E.book Page 625 Monday, April 9, 2018 2:24 PM

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Была ли эта страница вам полезна?
Да!Нет
Большое спасибо!
Ваше мнение очень важно для нас.

Нет комментариевНе стесняйтесь поделиться с нами вашим ценным мнением.

Текст

Политика конфиденциальности